Dakconstructie en advies
Er zijn verscheiden soorten dakconstructies. Afhankelijk van uw wens en de mogelijkheden, verzorgen wij de volgende techtnieken:
Traditioneel gebonden rieten dak (open kap).
Een traditioneel gebonden rieten dak is een rieten dakbedekking, aangebracht met behulp van span- en binddraden op een open onderconstructie met rietlatten. De hart op hart (h.o.h.) afstand van de sporen is gemiddeld 400 tot 600 mm.
De h.o.h.-afstand van de rietlatten varieert. De gemiddelde maat die wordt gebruikt is 280 tot 300 mm. Dit geldt voor de latten die in het midden van het dakvlak worden aangebracht.
Traditioneel gebonden dak op een gesloten ondergrond (beplating of isolatiepaneel). Een gesloten traditioneel gebonden rieten dak is een rieten dakbedekking aangebracht met behulp van span- en binddraden aan rietlatten, die zijn aangebracht op tengels van minimaal 50 mm hoog. De tengels zijn aangebracht op een gesloten onderconstructie. De reden voor het aanbrengen van tengels is om ruimte te creëren voor het traditioneel binden met span- en binddraden.
Schroefdak op beplating van een rieten dak
Een schroefdak op beplating is een rietendakbedekking aangebracht met span- en binddraden en schroeven op een gesloten onderconstructie. Bij een schroefdak brengt men direct op de sporen of gordingen een beplating aan van bijvoorbeeld OSB, Spano en underlayment (minimaal 18 mm dik i.v.m. de schroeflengte).
Op alle plaatsen waar het riet over de rand van de onderconstructie komt te steken, moet een knelling worden aangebracht. Het riet wordt op het dakbeschot vastgebonden door middel van spandraden (gegalvaniseerd staaldraad, 6 mm) en spaanplaatschroeven, waaraan binddraad (roestvast staal, 1,1 mm) is bevestigd.
Ook voordat het rietdekken begint, is Ten Klooster een goede partner voor uw dak; vooraf advies over dakconstructies scheelt achteraf vaak een hoop teleurstellingen:
Knijping, kneep of knelling rieten dak
Voordat met het rietdekken begonnen wordt zal rondom de kapconstructie en ter plaatse van bijvoorbeeld dakkapellen een knelling aangebracht moeten worden.
De hoogte van de knijping moet tussen de 40 en 60 mm zijn. Het riet moet ongeveer 150 mm over de knelplank uitsteken, gemeten aan de binnenkant.
Dakhelling van een rieten dak
Met het oog op een goede afvloeiing van regen- en smeltwater is het gewenst dat de kaphelling niet minder dan 45° is.
Als riet wordt gelegd op een dakhelling van minder dan 45°, moet rekening worden gehouden met een kortere levensduur van het dak. Door regen- en smeltwater wat niet goed van de dakhelling kan stromen watert uw dak in. En kan het na verloop van tijd lekkage opleveren.
Dakkapel plaatsen in een rieten dak
Een dakkapel kan het beste na overleg met de rietdekker worden geplaatst; onder de onderdorpel van de dakkapel moet voldoende (± 250 mm) ruimte overblijven om het dekriet goed te kunnen bevestigen.
De helling aan de bovenkant van de dakkapel is gebonden aan een minimale hellingshoek. De onderconstructie van een dakkapel moet minimaal 500 mm onder de nok blijven om een goede afdichting en een mooie nokafwerking te kunnen verkrijgen.